Recept 3, Kaneel-schuimkoekjes.

 

voor het deeg: 125 g bloem, 2 eierdooiers, 50 g suiker, 1 zakje vanillesuiker, 65 g koude boter, voor het schuim: 2 eiwitten, 100 g suiker, 1 theel. kaneel, 100 g gemalen amandelen, gekonfijte kersen

Voor het deeg de bloem op het aanrecht zeven, in het midden een kuiltje maken en de eierdooiers, de suiker en het zakje vanillesuiker toevoegen, met een deel van de bloem tot een dikke brij kneden. De koude boter in stukken snijden, aan de brij toevoegen, met bloem bedekken, vanuit het midden alle ingrediėnten snel tot een glad deeg kneden, nog klevend deeg een tijdlang koel wegzetten. Het deeg ongeveer 2 mm dik uitrollen, met een ronde vorm (3-4 cm doorsnee) er koekjes uit steken. Deze op een ingevette bakplaat leggen. voor het schuim: 2 eiwitten met 100 g suiker, de gemalen kaneel vermengen, in een waterbad zo lang kloppen, dat het eiwit stevig is. 100 g gemalen amandelen erdoor scheppen, op elk koekje een beetje (ongeveer ¾ theel.) van het schuim strijken. De gekonfijte kersen halveren, de koekjes telkens met een halve kers garneren. Oven op 175-200°C. 5 min. voorverwarmen en ongeveer 10 min. bakken.