Voorbereiding:
Was de erwten.
Snijd het bot van de schouderkarbonades (hiermee voorkom je
botsplinters in de soep). Als je magere varkenslapjes gebruikt is
dit niet nodig.
Doe de erwten, schouderkarbonades, 2 laurierblaadjes, 1
bouillonblokje, zuurkoolspek en de 2 liter koud water in een grote
soeppan. Breng dit geheel onder af en toe roeren aan de kook. Schuim
regelmatig af. Laat dit alles ca. anderhalve uur zacht koken (af en
toe roeren).
Snijd in de tussentijd de knolselderij in kleine blokjes van 1 bij 1
cm.
Snijd de prei in smalle ringen
Snijd de uien en winterwortel in ringen en stukjes (niet nodig
indien je de hutspot groenten gebruikt.
Hak de selderij fijn (pakje of de selderij van de knol zelf)
Haal na anderhalf uur het vlees en het zuurkoolspek uit de pan.
Verwijder ook de laurierblaadjes.
Snijd het vlees fijn en doe deze met alle groenten en het tweede
bouillonblokje terug in de pan. Je kan het zuurkoolspek laten
afkoelen en later met roggebrood bij de soep eten, zelf snijd ik het
spek ook altijd fijn en doe deze terug in de pan.
Laat de soep nog zo`n 30 á 40 minuten zachtjes koken. De blokjes
knolselderij zijn dan heel zacht geworden. Als de soep te dik is
leng deze dan aan met nog wat water. Dit is over het algemeen echt
nodig en meestal doe ik dit direct nadat ik de groeten heb
toegevoegd.
Afhankelijk van een verse of Unox rookworst deze 10 minuten laten
mee verwarmen in de soep. Uit de soep halen en in plakjes snijden en
weer toevoegen aan de soep. Dit kan je doen in de laatste 20 minuten
kooktijd van de soep. Proef de soep en voeg eventueel nog wat zout
of peper naar smaak toe.
Serveertips:
Lekker met roggebrood belegd met de spek uit de soep (of gewoon
katenspek bij de slager vandaan) en besmeerd met een dun laagje
mosterd. Een extra rookworst erbij is ook nooit verkeerd.
Oh ja.. het is geen soepje maar een complete maaltijd.
|