Bij het maken van een
loempia is het belangrijk dat de vulling eerst even wordt
aangebakken, waardoor de groente slinkt en het volume afneemt. Laat
het vocht na het bakken goed uitlekken, dan blijven ze stevig.
Serveer bij de Chinese loempia chilisaus of sambal.
2 kipfilets
250 g witte kool
200 g taugé
5 bosuitjes
klein blikje bamboescheuten
1 eetl. ketjap manis
2 theel. sambal badjak
peper/zout
12 pangsitvellen (dunne loempiavellen, te koop op de
diepvriesafdeling van de toko)
3 eetl. archide-olie |
Ontdooi de pangsitvellen.
Vries de kipfilet even in en snijd dunne reepjes van het vlees.
Was de taugé, spoel de bamboescheuten af met water en laat ze uitlekken.
Snijd de bosui klein en de kool en bamboescheuten in flinterdunne
reepjes.
Verhit de wok, doe de olie erin en bak de kip even aan. Doe er na
twee minuten de kool bij en bak die ook twee minuten mee.
Doe de bosui, peper, zout, sambal, ketjap en bamboescheuten in de
wok. Bak dit even.
Tot slot gaat de taugé in de wok en wordt even meegebakken.
Leg een pangsitvel met de punt naar boven. Maak de randen vochtig
met water. Schep er twee eetlepels vulling op, vouw de onderste punt
naar binnen. Vouw links en rechts naar elkaar toe en rol ze op. Maak
de punten en randen nog even vochtig.
Frituur de loempia´s op 190ºC en draai ze na 4 minuten even om. |