Visbouillon

Ingrediënten voor 1½ liter:

1 kg visresten; 1½ l water; 1 bouquet garni (bosje tijm, rozemarijn, peterselie) - en verder, in willekeurige combinatie: forse scheut - ½ l witte wijn; 1 laurierblad; 1 ui, grof gesnipperd, of 1 prei, in ringen; 1 wortel, in stukjes; 1-2 stengels bleekselderij, in schijfjes en/of ½ venkelknol, in stukjes

Bereiding:

Er zijn drie dingen belangrijk:
1) Kook niet te lang met de koppen en graten. Twintig, max dertig minuten. Van graten wordt lijm gemaakt. Als u ze te lang meekookt wordt de visbouillon bitter.
2) Het moet naar vis smaken. Dus als u te veel van allerlei andere ingrediënten erbij doet, gaan die overheersen.
3) Een fond is wat rijker van smaak door bijv. wat meer kruiden en een scheutje congnac of sherry toe te voegen.
De hierboven aangegeven hoeveelheden zijn plusminus. Ten aanzien van de 1 kg visafval moet u een juiste verhouding water hebben. Niet te veel, niet te weinig. Vul de pan met alle ingrediënten en koud water. Zet op het fornuis en breng aan de kook. Laat vervolgens twintig minuten zachtjes koken.
Filter vervolgens alles door een passeerdoek. Nu zijn er twee mogelijkheden:
(a) De visbouillon is op smaak
(b) De bouillon is flauw.
Meestal (b) of u heeft er te veel ingrediënten in gedaan.
Wij plukken uit de overblijfselen de stukjes vis - dus geen graten! - en doen die terug in de bouillon. Met wat van de eerder genoemde groenten.
Vervolgens koken we de bouillon in. Dat kan wel een uur of meer duren, afhankelijk van de hoeveelheid vocht en de gewenste sterkte van de visbouillon. Maar uiteindelijk bereikt u een heerlijk geconcentreerde visbouillonsmaak.
Af laten koelen.
In ijsblokjeszakjes gieten.
Invriezen, 3 maanden houdbaar.