Voorbereiding:
De chocolade met de boter smelten in een warmwaterbad. De room stijf
kloppen. De eiwitten tot sneeuw slaan. De dooiers door de sneeuw
kloppen. De gesmolten chocolade met de boter toevoegen en
onmiddellijk de stijf geslagen room door de creme spatelen. De creme
over de vormpjes verdelen en afdekken met dunne laagjes op maat
gesneden biscuitgebak. Een uur in de diepvriezer zetten (tot -2). 50
g chocolade laten smelten en met behulp van een palet een fijne laag
chocolade aan de bovenkant van het biscuitlaagje aanbrengen (de
chocolade stolt onmiddellijk en vormt een krokant laagje).
De melk samen met de room en de vanillestok aan de kook brengen. De
dooiers met de suiker tot een wit uitslaande creme opkloppen en aan
de kokende melk toevoegen. Het geheel al roerende opnieuw opwarmen
tot tegen het kookpunt. De creme laten afkoelen (zo nu en dan
roeren). De curacao door de koude creme roeren. De saus over de
borden verdelen. De mousse met behulp van een gasbrander uit de
vormpjes halen (de buitenkant lichtjes verhitten) en schikken in het
midden van de borden. Bestrooien met cacao. Indien gewenst kan men
de bereiding versieren met fijngehakte pistachenootjes.
Biscuit maakt men door 3 eierdooiers samen met 80 g suiker dik en
luchtig te kloppen. Een snuifje zout en 60 g bloem toevoegen, en 3
tot sneeuw geslagen eiwitten door het beslag spatelen. Het beslag in
een met boter verwarmde vorm uitstrijken en bakken in een
voorverwarmde oven.
|