Laat de
gedroogde paddenstoelen gedurende ongeveer 30 minuten in lauw water
weken. Giet ze af, laat ze uitlekken, haal de steeltjes eraf en
snijd de hoeden in dunne plakjes. Leg de sojavermicelli gedurende 5
minuten in kokend water, van het vuur af. Spoel ze af met koud
water, laat ze uitlekken en knip ze met een schaar in kleine
stukjes.
Doe de garnalen in kokend water en laat ze ongeveer 2 minuten koken.
Laat ze afkoelen en pel ze. Snijd het krabvlees in kleine stukjes.
Haal het vel van de kipfilet. Snijd het vlees in dunne plakjes.
Schil de ui en de knoflook. Snijd de ui fijn en pers de knoflook
uit. Was en droog de sla en snijd haar in kleine stukjes. Schrap en
was de wortel en snijd ze met de dunschiller in fijne linten.
Verhit 1 eetlepel olie in een koekenpan. Braad hierin de knoflook,
de ui, de garnalen, de krab en de kip aan onder voortdurend roeren.
Voeg de wortel, de sla, de paddenstoelen en de vermicelli toe en
giet er 2 eetlepels sojasaus over. Voeg peper toe en laat nog 7-8
minuten koken onder voortdurend roeren. Houd warm.
Meng de rijstebloem met de hele eieren en de eidooier. Voeg
voorzichtig zout en peper toe. Voeg 1 of 2 eetlepels water toe en
klop het mengsel. Doe een klein beetje olie in een koekenpan met een
diameter van 18 cm. Schenk een kwart van het eiermengsel in een
dunne laag, ter dikte van een pannenkoek, in de pan. Laat op zacht
vuur de omelet in 15 minuten aan beide zijden gaar worden. Maak zo
de vier omeletten.
Leg op elke omelet een kwart deel van de vulling en rol de omelet
dan op. Blijf de omeletten warm houden. Serveer de opgerolde
omeletten op een bedje van groene sla. |