Een tijdje terug moest (nouja,
moest ... ik had er vooral zelf zin in) ik een taart maken die ik 's
avonds mee moest nemen. Om dan uit je werk te gaan stressen in de
keuken is erg onhandig, dus een taart de avond van te voren maken is
wel een slim idee dacht ik zo. Monchou is dan prima omdat dat een
paar uur in de koelkast moet opstijven.
Dit recept is wat hoeveelheden betreft wat aangepast op mijn
springvorm: ik heb alleen grote (28 cm).
Begin met het maken van de bodem: smelt de boter en verkruimel de
bastognekoekjes. Meng deze door de boter heen (houdt het een beetje
vet) en verspreid dit over de ingevette bodem van de springvorm.
Voor de vulling begin je met het kloppen van de monchou met de
suiker. Dat lijkt in tekst makkelijker dan het is: mijn monchou kwam
uit de koelkast en was nog helemaal niet zo zacht. Gooi gewoon de
suiker er over en ga er met een vork op te keer; uiteindelijk krijg
je echt een mooie mix! In een aparte kom klop je de slagroom met de
klopfix en vanillesuiker tot het mooi stevig is.
Meng nu de monchou met de slagroom, en spreid het deze romige mix
over de koekjesbodem.
Voor de toplaag: daar kan je zelf enorm gaan prutsen met verse
kersen en gelatine, of je koopt gewoon voor 85 cent per blik een
kant-en-klare variant :). Met ongeveer anderhalf tot twee blikken
heb je genoeg voor de 28 cm vorm, heb je een kleine vorm dan is 1
blik voldoende. In mijn geval had ik nog een beetje kersen over die
warm gemaakt heerlijk waren bij wat vanilleijs).
Nu de taart een uur of 3 (in mijn geval wat meer) in de koelkast
laten opstijven. |